Complicaties bij zwangerschap

Wat zijn de meest voorkomende complicaties?

Tijdens een zwangerschap of bevalling kunnen zich soms complicaties voordoen. De meest voorkomende zijn een buitenbaarmoederlijke zwangerschap, bekkeninstabiliteit, stuitligging, zwangerschapsvergiftiging of een miskraam.

 

Vroeggeboorte

 

In Nederland worden jaarlijks zo’n 12.000 baby’s te vroeg (prematuur) geboren. We spreken van een vroeggeboorte als een zwangerschap vroegtijdig – spontaan of kunstmatig – wordt afgebroken in de periode tussen de 20ste en de 37e week van de zwangerschap.

 

Ouders van een baby kunnen samen met de artsen kiezen voor een actieve opvang of beleid gericht op comfort in het ziekenhuis. Dat houdt in dat de neonatologen de baby intuberen, ademhalings- ondersteuning geven en veel doen aan warmtemanagement. Daarnaast is een prematuur geboren baby erg gevoelig voor infecties. Deze kunnen levensbedreigend zijn, om die reden wordt altijd snel gestart met antibiotica. Bij meerlingen is er een grotere kans op vroeggeboorte.

 

Bekkenpijn

 

Als je buik groeit, neemt de druk op je bekken en je onderrug toe. Dit kan ervoor zorgen dat je bekken verkeerd belast worden. Meestal begint dit al vanaf week vijftien of zestien van je zwangerschap. Ongeveer 45% van de zwangere vrouwen krijgt hierdoor moeite met bewegen of zelfs pijn. Dit wordt bekkenpijn genoemd.

 

Vroeger werd vaak over bekkeninstabiliteit gesproken, maar die term wordt niet meer gebruikt omdat het de lading niet dekt. Denk je dat je last hebt van bekkenpijn? Dan kun je het beste even overleggen met je verloskundige. Die kan je met behulp van massage en verschillende oefeningen helpen om pijn te voorkomen en te verminderen.

 

Stuitligging

 

Aan het eind van de zwangerschap gaan de meeste baby’s met hun hoofd naar beneden liggen om zich klaar te maken voor de geboorte. Dit heet de hoofdligging. Op die manier kan je lichaam de baby er het makkelijkst uitpersen. Bij een stuitligging ligt je baby niet met zijn hoofd naar beneden, maar liggen zijn benen of billen onder. Dit kan de kans op complicaties tijdens en na de bevalling vergroten.

 

Misschien voel je zelf al dat je baby in een stuitligging ligt aan het getrappel in je bekken of merk je dat het hoofd van je baby tegen je rib aandrukt. Ligt je baby in stuit, dan kan onder gunstige omstandigheden de baby gedraaid worden. Soms doet de verloskundige dit zelf, maar je kunt ook doorverwezen worden naar een gynaecoloog. Als het draaien niet lukt of als de baby terugdraait, onderzoekt de gynaecoloog of een natuurlijke stuitbevalling veilig is. Als dat niet zo is, wordt er vaak om medische redenen voor een keizersnede gekozen.

 

Zwangerschapsvergiftiging

 

Zwangerschapsvergiftiging is een verzamelnaam voor vier ernstige complicaties. Deze worden allemaal veroorzaakt door een hoge bloeddruk. De ziektes kunnen ervoor zorgen dat bepaalde organen niet meer goed werken en dat kan gevaarlijk zijn voor jou en je baby. De ziekte kan plotseling optreden na de twintigste week van je zwangerschap, maar kan zich ook geleidelijk ontwikkelen.

 

Een hoge bloeddruk tijdens de zwangerschap komt veel voor, vooral bij vrouwen die voor de eerste keer zwanger zijn. In Nederland krijgt ongeveer één op de 10 vrouwen hiermee te maken tijdens hun eerste zwangerschap. Er wordt gesproken van een hoge bloeddruk als de bovendruk boven 140 en/of de onderdruk boven 90 uitkomt. De meeste vrouwen merken er weinig van, maar in sommige gevallen kan het gevaarlijk zijn. Je verloskundige zal je daarom extra in de gaten houden als je een hoge bloeddruk hebt.

 

Aandoeningen en ziekten die de kans op een zwangerschapsvergiftiging vergroten zijn een hoge bloeddruk vóór de zwangerschap, overgewicht, diabetes en een afwijkende stofwisseling kunnen nadelig zijn. Ook erfelijke factoren kunnen hierin een rolspelen. Als je moeder of zus zwangerschapsvergiftiging heeft gehad, is de kans groter dat jij het ook krijgt.

 

Miskraam

 

Een miskraam is een ingrijpende gebeurtenis. Ongewild moeten jullie afscheid nemen van de zwangerschap en jullie baby. We spreken van een miskraam als je vroeg in de zwangerschap, tijdens de eerste 16 weken jullie baby verliest. Er is geen hartslag meer bij het vruchtje en jouw lichaam breekt de zwangerschap af. Het niet-levensvatbare vruchtje wordt door de baarmoeder afgestoten, waardoor je vaginaal bloed verliest. Daarbij kun je ook last hebben van buikpijn en krampen.

 

Gemiddeld wordt in Nederland één op de 10 zwangerschappen vroegtijdig beëindigt, dat komt neer op zo’n 25.000 vrouwen per jaar. Elke miskraam is anders. Hoe het verloopt, hangt onder andere af van hoe ver je bent in de zwangerschap. Soms begint het met licht bloedverlies, dat later heviger wordt, als een soort menstruatie. Soms komt het direct heel heftig op gang. En soms heb je het zelf helemaal niet in de gaten, maar wordt er tijdens een echo ontdekt dat er geen kloppend hartje is.

 

De medische term voor een miskraam is overigens een ‘spontane abortus’. Deze term kan als pijnlijk of vervelend worden ervaren op het moment dat je een miskraam doormaakt. Om die reden zullen de meeste artsen liever het woord ‘miskraam’ gebruiken. Maar schrik niet als je de term ‘spontane abortus’ toch voorbij hoort komen in het ziekenhuis.

 

Zie ook: ‘Inleiden van de bevalling‘ van Zuyderland.

Vragen? Neem dan contact op!

Je kunt ons alles vragen over het opvoeden, opgroeien, de verzorging of gezondheid van je baby, peuter, basisschoolkind of jongeren.

Heb je vragen naar aanleiding van de artikelen? Wil je graag met iemand in contact komen omdat je vragen of zorgen hebt? Bel of stuur een whatsapp-bericht naar het CJG 046-8506910 of mail naar info@cjg-wm.nl en we zorgen dat jouw vraag op de juiste plek terecht komt.

Bel onze professionals

 

Maandag t/m vrijdag van 09.00 tot 17.00 uur.

Stel je vraag via WhatsApp

 

Maandag t/m vrijdag van 09.00 tot 17.00 uur.

Onze partners

Opvoeden en opgroeien doe je samen! Wij werken daarom actief samen met gemeenten en partners uit de regio.